Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zij namen dan twee [27]wagenpaarden. En de koning zond het leger der Syriers achterna, zeggende: Gaat henen, en ziet. 27. Hebreeuws, twee wagens van paarden; dat is, twee paarden van wagens. Versta, die men aan den wagen placht te spannen. Anders, twee ruiters te paard; te weten, denwelken de koning bevolen had het leger der Syriers te bezichtigen en te vernemen hoe het daarmede gelegen was.